Boekverslag Joyful Wisdom

Joyful Wisdom

Samenvatting Digna 2022

Mingyur Rinpoche nodigt ons al gelijk in het voorwoord uit om niet langer weg te lopen voor onze problemen of ons bij onze problemen neer te leggen. Hij nodigt ons uit, in de voetstappen van de boeddhistische traditie te gaan staan, en onze problemen aan te kijken. Er vrienden mee te worden. Zo kunnen we verstorende gedachten en emoties en andere zaken die we als vervelend beschouwen in het leven, leren gebruiken als steppingstones naar vrijheid. Hierdoor is het mogelijk om langdurige en authentieke gevoelens van wijsheid, vertrouwen en vreugde te ontwikkelen. 

Om dit te doen moeten we ons toewenden naar het pad van verlichting. Op dit pad zijn een aantal belangrijke stappen te nemen. 

Stap één: het leren herkennen van jouw natuurlijke aard en de verschillende vormen van ongemak die vanuit conditionering is ontstaan. Wanneer we dit ongemak toestaan en er bevriend mee raken, is het onze heilige gids naar het herkennen van onze natuurlijke aard. 

Stap twee: dit is een step by step beoefening om 1. onze geest tot rust te brengen (shamata), 2. ons hart te openen en 3. wijsheid te cultiveren. 

Hoofdstuk 1 – Licht in de Tunnel

Compassie

Mingyur Rinpoche heeft ooit meegedaan aan een onderzoek wat het effect is van langdurige meditatie. Voor dit onderzoek werd hij in een fmri scan gelegd en aan een aantal geluiden blootgesteld. Geluiden van huilende kinderen en schreeuwende vrouwen bijvoorbeeld. Normaal gesproken is het mogelijk dat als iemand deze geluiden hoort, hij of zij geïrriteerd raakt, schrikt, of weg wil uit de situatie. Wanneer mensen langere tijd meditatie hebben beoefend, blijkt dat deze geluiden eerder compassie opwekken. Gebieden in de hersenen die te maken hebben met onvoorwaardelijke liefde, empathie en andere positieve kwaliteiten werden zichtbaar op de fmri-scan. 

Het vergif is het medicijn

De boeddha had een bijzondere, tegendraadse boodschap. Waarschijnlijk voor de tijd waarin de boeddha leefde, zo’n vijfentwintighonderd jaar geleden, en ook in de huidige tijd is de boodschap tegendraads, haaks op hoe wij vanuit onze gewoonte zouden reageren. De boeddha zei: ‘we kunnen alleen vrijheid vinden als we de condities die ons ongemak geven leren omhelzen’. 

Wanneer we voor het eerst gaan mediteren, ontdekken we hoe onrustig onze geest in werkelijkheid is. Als je vijf minuten op je adem let, merk je op dat er vele gedachten voorbij trekken en dat je regelmatig afgeleid raakt. Nu zou je kunnen denken dat meditatie niets voor jou is. Of je zou nieuwsgierig kunnen blijven en kunnen ontdekken dat gedachten de levendigheid van de geest zijn. Zoals je maag maagsappen produceert, produceert de geest gedachten. Niets mis mee. Meditatie wil niets anders zeggen dan: bekend worden met. Wanneer je gaat mediteren leer je je eigen geest beter kennen. Precies dat is de weg naar vrijheid.Wanneer je aan het mediteren bent en er komt een gedachte of emotie voorbij, dan zou je, in plaats van deze weg te willen hebben kunnen zeggen: ‘Hallo gedachte! Hallo rugpijn! Hoe gaat het met je? Blijf even aan de lijn, dan kunnen we elkaar wat beter leren kennen.’

Deze ontmoeting kan zich verdiepen door te beseffen dat datgene wat je ziet als het vergif, ook wel eens het medicijn kan zijn. Mingyur draagt hier twee voorbeelden van aan: als je een druppel water in je oor hebt en je voegt meer water toe, dan heb je kans dat je oor openspringt en de doorgang vrij is van water. Het tweede voorbeeld gaat over bandieten die in het oude Tibet woonden in grotten en bossen lang grote wegen. Wanneer er een groot konvooi met goederen langs een van deze grote wegen geleid werd, kwam het regelmatig voor dat dit konvooi werd buitgemaakt door de bandieten. Veelal was er geprobeerd om bodyguards in te huren om de konvooien te beschermen, maar regelmatig met weinig resultaat. Totdat men op het idee kwam om de bandieten als bodyguards in te huren. Hierdoor ontstond er een soort win-win situatie. De bandieten kregen geld, konden zich een woning veroorloven, een gezin stichten etc. En de eigenaren van de konvooien hadden geen angst meer dat hun goederen zouden worden geplunderd.

Alle verschijningen zijn de expressies van jouw Geest

Velen van ons lijden. We lijden aan een maalstroom van negatieve gedachten over onszelf en/of anderen. We lijden aan verstorende emoties. Er zijn momenten dat het lijkt alsof de pauze knop even is ingedrukt, maar als we eerlijk zijn, dan kennen we allemaal momenten van intens verdriet, boosheid, jaloezie, angst, afkeer, walging, teleurstelling en noem de vele andere gemoedstoestanden maar op.

Meestal stappen we in de valkuil van de emotie zelf, door ons mee te laten voeren door de emotie en de gedachten waarmee de emotie vergezeld wordt. Bijvoorbeeld: je bent bang dat je op je werk te langzaam bent, niet slim genoeg of dat anderen het simpelweg beter kunnen dan jij. Wanneer je in deze angst mee gaat, zou het zo ver kunnen komen dat je uiteindelijk gaat denken dat je je baan zult verliezen, dat anderen jouw werk gaan doen en dat jij je gezin niet langer kunt onderhouden, de rekeningen niet meer kunt betalen en in de goot zult belanden. Dit lijkt een wat overdreven gedachtengang, maar ik durf te wedden dat veel mensen soortgelijke gedachten regelmatig hebben, als ze eerlijk en rustig luisteren naar de gedachten die langskomen in hun geest!

De kunst is nu om je werk niet de schuld te geven van je problemen, maar te leren kijken naar de geest die alle gedachten over je werk produceert. Het werk is niet het probleem. Jouw gedachten over je werk zijn het probleem. 

Op het moment dat er verstorende gedachten of emoties langskomen, heb je drie keuzes: 1. je vereenzelvigd jezelf met de gedachten of emoties; 2. je wilt zo snel mogelijk van je gedachten of emoties af en bent voortdurend op de vlucht of 3. je bent bereid om meer bevriend te raken met de gedachten en emoties die voorbij trekken in je geest. Deze laatste optie geeft ons de mogelijkheid om de kracht en verscheidenheid aan expressies van onze geest te leren kennen. Tevens geeft het ons de mogelijkheid om zelf te bepalen hoe we in verschillende situaties willen handelen. We worden er stuurman en stuurvrouw van.

Hoofdstuk 2 – Het probleem is de oplossing

Mingyur Rinpoche start dit hoofdstuk met een leuke anekdote. Hij is in het Madame Tussaud van Parijs, waar hij een wax beeld van de Dalai Lama ziet staan. Omdat hij de Dalai Lama goed kent, is hij geïnteresseerd in alle details van het waxen beeld. Hij neemt veel tijd om te kijken en staat vrij dicht bij het beeld van de Dalai Lama.
Dan komt er een jong stel met camera de zaal binnen. Ook zij kijken naar het waxen beeld van de Dalai Lama. Op het moment dat zij een foto van het beeld willen nemen, doet Mingyur een stap opzij. Het stel schrikt zich een hoedje. Ze hadden gedacht dat Mingyur bij het beeld van de Dalai Lama hoorde en ook van wax gemaakt was.

Nu weten we twee details over Mingyur: ten eerste weten we dat Mingyur Rinpoche niet zo groot is, de waxen beelden zijn immers geen grote afbeeldingen, en twee Mingyur is in staat om zeer stil te staan, zodat het lijkt alsof hij een waxen beeld is.
Na de schrik van het stel, hebben Mingyur en dit stel hartelijk gelachen om het misverstand. Maar schrijft Mingyur in zijn boek, eigenlijk is er ook een verdrietige kant aan het verhaal. Wat hem verdriet doet is hoe snel, in dit geval dit stel, voor waar aanneemt dat Mingyur bij de Dalai Lama hoort in deze setting van waxen beelden en hoe ze dat razendsnel vastzetten in hun geest, zonder het te onderzoeken. Dit doen we allemaal. Ben jij je ervan bewust hoe vaak je dingen ‘vast’ zet in je geest, zonder ze te onderzoeken? Dat is een mooie vraag, waar misschien niet zo snel een antwoord op gegeven hoeft te worden.

De vier edele waarheden

De boeddha was een bijzondere en wat ongewone leraar. Hij begon zijn carrière niet door indruk te maken met een grote toespraak over verlichting of hoe je dit zou kunnen bereiken. Nee, hij was zeer begaan met het lijden van mensen en hij wilde mensen hun lijden verlichten. 

De boeddha was een gewoon mens net als jij en ik. Hij was geboren als koningszoon en bij zijn geboorte had een waarzegger gezegd dat hij of een machtige koning zou worden of een groot spiritueel leider. Zoals het verhaal gaat, heeft zijn vader, de koning, hem beschermd opgevoed in de hoop dat hij troonopvolger zou worden. Zijn vader had waarschijnlijk geen of weinig affiniteit met spiritualiteit en zag zijn zoon liever als machtig koning, dan als groot spiritueel leider.
Echter op zijn zestiende verlaat  de boeddha voor het eerst, dan nog Siddartha Gautama, het koninklijk paleis en buiten de muren van het paleis ziet hij grote armoede en lijden. Hij ziet mensen die ziek zijn, mank lopen en op sterven liggen. Dit wakkert zijn spirituele hart aan. 

Op negenentwintig jarige leeftijd verlaat hij het paleis van zijn vader definitief en gaat zes jaar mediteren waarbij hij alle wereldse zaken afzweert. Hij eet minimaal, leeft als dakloze, in de hoop daarmee iets wat lijkt op verlichting te bereiken. Na zes jaar geeft hij deze vorm van leven op. Hij gelooft niet langer in deze strengheid en besluit zich te wassen in de rivier en eten aan te nemen van een vrouw. Dan gaat hij naar Bodthgaya en neemt plaats onder de bodhiboom. 

Als hij onder de bodhiboom zit denkt hij diep na over het lijden in de wereld en de mogelijke weg uit het lijden. De vier edele waarheden worden als de kern van de boodschap van de boeddha gezien. De weg uit het lijden.

De vier edele waarheden zijn:
1. Er is lijden. 2. Het is mogelijk om het lijden te zien, om er stil bij te staan. 3. Er is een weg uit het lijden, het pad van meditatie. 4. We kunnen bevrijd worden uit het lijden als we door onze dualistische geest heen snijden.

De vier edele waarheden kunnen gezien worden als een step by step methode om vrijheid/verlichting te ervaren. 

Toen de boeddha uit zijn meditatie onder de bodhiboom vandaan kwam realiseerde hij zich het volgende: ware vrijheid ligt niet in het je terugtrekken uit het leven, maar in een diep en heel bewuste betrokkenheid bij alle processen en interacties die zich aan je tonen.

De eerste edele waarheid

De eerste edele waarheid laat zien dat lijden bij het leven hoort. Er is lijden. Door het zo te stellen: er is lijden, is lijden een gegeven. We hoeven er niet omheen, het is een gegeven dat waar leven is, ook lijden is.
Er zijn vier grote oorzaken waardoor lijden gegeven is; geboren worden, ouder worden, ziekte en dood. Sommige mensen vragen zich af waarom je geboren worden lijden is. De reden die hiervoor wordt gegeven is dat je vanuit de veilige omgeving van de baarmoeder in de open ruimte terechtkomt. De andere reden is dat je door geboorte onderhevig wordt aan de andere vormen van lijden; ouder worden, ziekte en dood.

In de sutra’s wordt voor lijden het woord dukkha gebruikt. Dukkha zouden wij vertalen met het gevoel van ontevredenheid, ongemak, oncomfortabel zijn. Dat is dus een andere vorm van lijden dan ziekte, geboorte en dood. 

Twee manieren van lijden

Je zou lijden kunnen onderverdelen in twee vormen van lijden: 1. natuurlijk lijden en 

2. gecreëerd lijden. De eerste vorm van lijden is lijden dat ontstaat door de vier grote oorzaken van lijden zoals eerder genoemd.
De tweede vorm van lijden is het lijden dat ontstaat doordat je bijvoorbeeld wilt dat je leven anders is of omdat je iets hebt wat je eigenlijk niet wilt hebben of omdat je iets niet hebt wat je juist heel graag zou hebben. Dit is gecreëerd lijden. 

Gecreëerd lijden komt voort uit wat de boeddhisten de drie vergiften noemen: aanhaken, afhaken en onwetendheid. Het komt voort uit hoe onze geest dingen interpreteert, zoals we eerder hebben gezien. Onze geest kijkt niet naar hoe de werkelijkheid is, zonder te oordelen.

Het is niet persoonlijk

Lijden is niet persoonlijk. De boeddha zei niet: “Jullie lijden”, of “mensen lijden” of “alle levende wezens lijden”. Hij zei: ‘er is lijden’. Nu dit is interessant want hoe vaak nemen wij zelf ons lijden juist wel persoonlijk. We zeggen: ‘Als ik nu maar dit, dan zou er niet dat’. Of in plaats van te zeggen: ‘mijn geest is onrustig’, zeggen we: ‘ik ben onrustig’. Soms ook nog op een manier dat we het onszelf kwalijk nemen. 

Hoofdstuk 3 – Met welke optiek kijk je?

De tweede edele waarheid

De tweede edele waarheid heeft alles met optiek te maken. Om een simpel voorbeeld te geven: wanneer je op blote voeten over straat loopt, voel je waarschijnlijk allerlei oneffenheden onder je voeten. Er zijn steentjes, er is gras, er is zand en modder, er zijn dus ook allerlei gewaarwordingen en je voetzolen worden op verschillende manier ‘aangeraakt’. Nu kun je het lopen over steentjes niet zo prettig vinden, en je zou het ook als een soort voetmassage kunnen beschouwen. Het is maar door welke bril je kijkt.

De manier waarop we de dingen ervaren, wordt bepaald door de display van onze geest

Op het moment dat we, zoals de uitnodiging van de boeddha luidt, betrokken aanwezig willen zijn bij dat wat zich aan ons toont, kunnen we veel over onszelf en onze conditioneringen leren. Hoe doe je dat? Dat doe je door heel precies te kijken, voelen, luisteren, ruiken, proeven en gewaarworden van de situatie waar je je in bevindt. Alleen gewaarworden van de situatie is voldoende. Dat betekent dat je niets aan de situatie hoeft te veranderen, eerst kijken, voelen, luisteren, ruiken, proeven, gewaarworden. Door dit te doen kan de ruimte waarin de situatie zich voordoet iets groter worden. Spontaan is er meer ruimte, openheid. Dit is de weg om een glimp op te vangen van de grenzeloze openheid van ons bewustzijn. Dit wordt in het boeddhisme de tweede edele waarheid genoemd. Je kunt het lijden waarnemen, zonder er ook maar iets aan te veranderen. 

Op het moment dat je het bovenstaande gaat beoefenen, merk je wellicht op dat je jezelf regelmatig ziet sleutelen aan de situatie. Je beweegt van A naar Beter. Precies dat houdt het lijden in stand volgens de boeddhistische theorie. We lijden omdat we aanhaken, afhaken of negeren / onwetend zijn.

De drie vergiften

De boeddha zag dat alles in het leven steeds weer verandert. Er is inademing en uitademing. Er is dag en nacht, zwart en wit, seizoenen komen en gaan, iedereen wordt op een gegeven moment ouder, soms ga je de berg op, soms daal je af, en ga zo maar door. Leven is veranderen. Echter iets in ons, noem het de psyche of ego, wil zich vastklampen, wil veiligheid, wil vastigheid. Deze drang naar vastigheid wordt ook wel dukkha genoemd. Dukkha wordt meestal vertaald met lijden, maar je kunt het ook vertalen met: een te kleine ruimte of het grotere perspectief niet in beeld hebben. 

Op het moment dat we niet bewust herkennen dat het leven vol veranderingen is, dat niets in ons leven permanent is, is onze geest vernauwd en hebben we de neiging om ons vast te klampen aan ‘iets’. Er ontstaat ‘craving’, dorst, grijpen naar iets, we haken aan.
Het ontkennen van vergankelijkheid kan ook afhaken veroorzaken. We duwen weg, hebben geen zin, ervaren weerstand. Ook dit komt voort uit een vernauwde blik.
Het laatste vergift wordt in de teksten beschreven als ignorance, onwetendheid, ontkenning. Dit laatste vergift, wat misschien wel het meest subtiele en moeilijkst te herkennen vergift is, ontstaat uit het creëren van een ‘ik’ versus een ‘ander’, subject versus object, goed versus slecht. Door in het ‘ik’ te gaan wonen, vergeten we de verbondenheid die alle fenomenen met elkaar hebben.

In de teksten van de boeddha staat overigens niet dat de drie vergiften in zichzelf lijden veroorzaken. Als je ziet dat je aanhaakt of afhaakt of een gevoel van zelf creëert, is er iets dat al weer ruimer is, waardoor je er niet aan hoeft te hangen. Er blijft een soort openheid voelbaar, terwijl je vanuit een ‘ik’ reageert op een ‘ander’. Alleen als je vergeet dat jij, noch de ander permanent bestaat, creëert het lijden. We lijden als we aanhaken aan één van de drie vergiften. We lijden als we vast willen houden, we lijden als weg duwen, we lijden als we ons vasthouden aan ‘ik’. Wanneer we vasthouden, fixeren we de boel. Het zet alles vast en daarmee kan de stromende aarde van de werkelijkheid geen doorgang vinden. 

De essentie van de tweede edele waarheid is dat alles in het leven aan verandering onderhevig is. Wanneer we daar volledig bij kunnen blijven, kunnen we het leven met meer vertrouwen en helderheid tegemoet treden. Er is meer lichtheid in de steeds veranderende ervaring.

Geconditioneerd

Jij en ik zijn beiden behoorlijk geconditioneerd om van A naar Beter te bewegen. We verlangen naar dat wat we niet hebben, een dure auto, een mooi huis, veel geld op de bank, een goede relatie, een mooi lichaam, een geweldige baan, een overheid die meer zorg draagt voor natuur en milieu, vrede op aarde. Met geen van deze verlangens is iets mis!
We bewegen ook van A naar Beter door af te haken, we willen af van onze relatie, we verlangen naar een andere baan die minder slopend is, we willen dat onze kinderen rustiger zijn, we hopen dat de buren nu eindelijk de radio uitzetten, et cetera. Ook met deze verlangens is niets mis!

Toch voelen we allemaal dat onze verlangens van grijpen en afhaken najagen ons niet gelukkig maakt. Hoe kun je dan vrij worden van deze gewoonten? Hoe kunnen we vrij worden van hoop en vrees? Het antwoord is: door niet te proberen ergens vrij van te worden!

Op het moment dat we proberen ergens vrij van te worden, vervolgen we in wezen onze oude strategie om ergens vrij van te worden. Oeps, dat kan nooit de route zijn. De Boeddha geeft ons de middenweg en die gaat als volgt: kijk, wees aanwezig, bij dat wat zich aan je toont. Zie dat je jaloers bent, zie dat je boos bent, merk op dat je verdrietig bent en door het op te merken ontstaat er ruimte. In deze ruimte kan de verandering plaatsvinden.

Hoofdstuk 4 – Het transformatiepunt

Liberation occurs through recognizing just by that which you are bound.

Bevrijding vindt plaats door alleen dat te herkennen waaraan je gebonden bent.

De derde edele waarheid laat ons zien dat vrijheid altijd al in ons was als een soort basis conditie. We herkennen dit lang niet altijd, maar het is er altijd al. Mingyur Rinpoche heeft hier wel een heel leuk voorbeeld: Als hij een lezing geeft voor een grote groep mensen, dan krijgt hij last van een droge keel. Meestal staat er een glas water voor hem klaar en hij is verbaasd hoe snel hij keer op keer dit glas water leeg heeft. Er is altijd iemand die het opnieuw vult en nog eens en nog eens. Maar als je zo veel water drinkt….dan moet je op een gegeven moment ook plassen. Nu is het niet gepast om zomaar tijdens de lezing op te staan en te zeggen: ‘ik moet even naar het toilet’. Om die reden houdt hij zijn plas lang in, tot het op een gegeven moment echt niet meer gaat. Dan zegt hij zoiets als: ‘hoe is het om hier even te pauzeren en over tien minuten fris en fruitig verder te gaan’.  Dan loopt hij langzaam, alle mensen zegenend door het publiek naar het toilet. En je begrijpt het al: wat een verlichting! Deze verlichting was er altijd al, maar even niet ervaarbaar door al het water in de blaas😉

De boeddha heeft eenzelfde vergelijking. De zon schijnt altijd. Misschien kunnen wij dat niet altijd zien omdat de wolken de zonnestralen tegenhouden, maar dat doet niets af aan de basisconditie van de zon. Op eenzelfde manier is onze basale goedheid altijd aanwezig. 

Twee typen Gewaarzijn (Awareness)

Op een bepaalde manier is er geen groot geheim of moeilijkheid in het verschil begrijpen tussen puur Gewaarzijn en geconditioneerd gewaarzijn. Het is beide Gewaarzijn (awareness) wat ruwweg vertaald kan worden met de capaciteit om te elk moment te ervaren, deze ervaringen te herkennen en een plek te geven. 

Puur Gewaarzijn is als een glazen bol. Kleurloos van zichzelf en om die reden kan alles er puur in gereflecteerd worden. Jouw gezicht, meubels, andere mensen, de muren van de kamer et cetera. Alles wordt gereflecteerd door de glazen bol, zonder dat de objecten in de glazen bol bestaan of dat de glazen bol er in essentie door veranderd wordt. 

Stel je nu voor dat deze glazen bol is omgeven door een stuk gekleurd zijde. Alles wat er in de glazen bol gereflecteerd wordt, krijgt iets van de kleur van de zijde met zich mee. Dat is een zeer accurate vergelijking met het geconditioneerde gewaarzijn. De kleur zou je nu onwetendheid noemen en heeft de kleur van de drie vergiften: verlangen – aanhaken, afweer – afhaken en onwetendheid – negeren. Deze reflecties zijn simpelweg reflecties. Zij kunnen opnieuw de essentie van de glazen bol niet veranderen. De glazen bol is in essentie kleurloos, transparant, open. 

Gewaarzijn is in essentie ook puur en heeft de mogelijkheid om alles wat erin verschijnt te reflecteren, zelfs als dat misconcepties zijn. Zoals de zon de wolken verlicht die hem verduisteren, zo reflecteert puur Gewaarzijn alle onwetendheid; lijden, gecreëerd lijden door te geloven in een ‘ik’ versus ‘jij’, van mij, van jou, goed gevoel, slecht gevoel et cetera. 

De derde edele waarheid heeft de mogelijkheid om helder te worden over ons lijden en er een einde aan te maken. Waarom? Omdat Gewaarzijn in essentie leeg, open, transparant is. Schaamte, angst, schuld, competitie, spijt enzovoort zijn simpelweg conditioneringen uit het verleden, ontstaan vanuit onze culturele achtergrond, onze familie, onze persoonlijke opvoeding. De derde edele waarheid geeft een mogelijkheid om heel helder te worden over welke labels we continu aan het plakken zijn vanuit deze conditionering.

Nu zou je kunnen denken dat de derde edele waarheid je een uitweg geeft in de vorm van: positieve gedachten ontwikkelen of onze verlangens onderdrukken. Niets is minder waar. De derde edele waarheid nodigt ons uit om onze blikrichting naar binnen te richten, gedachten, emoties en sensaties waar te nemen die ons normaal gesproken van streek maken. Op die manier leren we deze gedachten, emoties en sensaties waar te nemen – misschien kunnen we er zelfs vrienden mee worden – of ze direct leren herkennen als een expressie van Gewaarzijn zelf!

Boeddha Natuur

Elk levend wezen, zonder uitzondering is uitgerust met boeddha natuur. Dit is de essentie van wie jij van nature bent. Boeddha natuur zou je kunnen zien als: de ongelimiteerde potentie om te zien, horen, ruiken, proeven, voelen en ervaren van alles wat is. Dankzij onze boeddha natuur kunnen we groeien, leren, ontwikkelen, veranderen. 

Boeddha natuur heeft drie prachtige kwaliteiten in zich: 1. oneindige wijsheid, dit heeft te maken met het feit dat we kunnen ervaren en weten dat we ervaren. 2. vermogen tot handelen, welke te maken heeft met de capaciteit dat we lijden voor onszelf en anderen kunnen laten ophouden door wijs te handelen. 3. Liefdevolle vriendelijkheid en compassie, we voelen een oneindige verbondenheid met onszelf en anderen. Deze verbondenheid maakt dat ons hart open is naar anderen en dat we willen dat alle levende wezens gelukkig zijn.

Boeddha Moments

De meesten van ons herkennen onze Boeddha Natuur niet, totdat iemand ons onze boeddha natuur aanwijst.

Mingyur Rinpoche laat dit zien aan de hand van het volgende verhaal. Er is een man in India die elke dag te laat op zijn werk komt. Hij geeft aan dat hij niet weet hoe laat het is, omdat hij geen klok heeft. Op een gegeven moment is zijn baas er zo klaar mee, dat hij deze werknemer ontslaat. De man vindt nieuw werk, maar om dezelfde reden wordt hij na een poosje ontslagen. Op een gegeven moment heeft een vriend van deze man compassie met hem en wil het probleem oplossen. Hij geeft hem een duur horloge. De man is dolblij en doet dat -wat-hij-gekregen-heeft om zijn arm. Op een dag vraagt hij aan een voorbijganger of hij weet hoe laat het is. De voorbijganger kijkt hem ongelovig aan en zegt: je hebt een horloge om je pols. Een wat? vraagt de man. Een horloge. Weet je hoe dat werkt? Nee zegt de man. Ik draag dit al tijden, maar ik heb geen idee wat het is. De voorbijganger neemt de tijd om deze man uit te leggen hoe de wijzers de tijd aangeven, zodat hij altijd weet hoe laat het is. De man is dolblij en heeft nooit geweten dat hij altijd langere tijd kon weten hoe laat het is.

Mingyur noemt het ontdekken – aangewezen krijgen van onze mogelijkheden, boeddha moments: mogelijkheden om wakker te worden uit de droom geconditioneerd gewaarzijn naar puur Gewaarzijn. Diep in ieder van ons ligt de mogelijkheid voor oneindige wijsheid, liefdevolle vriendelijkheid en compassie.

Met liefdevolle vriendelijkheid wordt bedoeld dat je mee kunt voelen met anderen. Als je bijvoorbeeld hoort dat een kind de hele nacht heeft wakker gelegen van een nachtmerrie, dan kun je meevoelen en iets troostends tegen het kind zeggen.

Compassie wil zeggen dat je iets aan het lijden van anderen wilt doen. Compassie heeft iets met actie te maken. Je voelt niet alleen mee, je wilt ook handelen. Je kijkt of en hoe je kunt voorkomen dat het kind de volgende nacht weer een nachtmerrie heeft.

Het goede zien

Om een of andere reden hebben wij bijna allemaal de neiging om ons te focussen op het slechte, bijvoorbeeld negatieve gedachten of iets stoms dat we tien jaar geleden hebben gezegd. We hebben 9 dingen goed gedaan en 1 iets minder goed, dan gaat onze aandacht uit naar dat wat niet goed ging. Dat wat goed ging vergeten we vaak zelfs helemaal….

Nu zou je kunnen denken dat je je dan alleen maar op het positieve hoeft te richten en dat het dan wel goed komt, maar daar wordt in het boeddhisme net iets anders over gedacht. Het boeddhisme zegt: alles wat je tegenkomt in jezelf; gedachten, gevoelens, ervaringen, zowel positief als negatief, zijn allemaal een vorm van Gewaarzijn en dus een object om op te mediteren. Je kunt je gewaar zijn van gedachten, gevoelens, ervaringen, dat betekent dat het  wijsheidsaspect van Gewaarzijn in jou aanwezig is. Je weet wat je denkt, voelt of ervaart. Dat alleen als is geweldig! Doordat je weet wat je waarneemt, ben je ruimer dan het waargenomene. Daarmee val je niet langer samen met je gedachte, gevoelens of ervaringen.

Mingyur zegt: je bent geboren met wijsheid, liefdevolle vriendelijkheid en compassie. Frustratie, jaloersheid, angst, schaamte, schuld, enzovoorts zijn dingen die we geleerd hebben binnen het gezin of de cultuur waarin we opgegroeid zijn. De positieve boodschap van de derde edele waarheid is dat datgene wat we geleerd hebben in onze jeugd, door het gezin of de cultuur, kunnen ook weer ongedaan gemaakt worden. 

Door beoefening kan elke ervaring een mogelijkheid worden om ons eigen wijsheid, liefdevolle vriendelijkheid en compassie te ontdekken en meer tot wasdom te laten komen. Hoe dit werkt wordt uitgelegd in de vierde edele waarheid.

Hoofdstuk 5

De drie vergiften

Boeddhisten hebben een duidelijke visie over hoe wij lijden creëren en in stand houden. Zijn noemen de oorzaak van dit gecreëerde lijden: de drie vergiften. De drie vergiften zijn: aanhaken, afhaken en negeren. 

Wanneer we iets graag willen hebben, is de kans groot dat we aanhaken. We jagen het genot na van het verkrijgen van een mooi huis, een dure auto, een inspirerende relatie, een vakantie in verweggistan, chocolade of een glas wijn en ga zo maar door. Zoals je leest is aanhaken het zoeken van genot, vervulling, in objecten buiten jezelf.

Wanneer we te maken hebben met pijn, liefdeverdriet, ruzie, verlies van status of geld doordat de wisselkoers verandert, en we willen de pijn, het verlies niet voelen, dan is er een kans dat we afhaken. Een mooi voorbeeld is een situatie waarin een aantal mensen een heel bedrag aan inkomen verliest doordat de effectenbeurs crasht. Een aantal van deze mensen wordt depressief en heeft de volgende dag moeite met opstaan. Anderen worden emotioneel nog zwaarder getroffen en denken er zelfs over na een einde aan hun leven te maken. Er is echter één jongeman die totaal niet aangedaan is door de beurscrash. Hij heeft miljoenen euro’s verloren, maar blijft wie hij is, met opgeheven hoofd. Mensen vragen aan hem hoe hij dit voor elkaar krijgt, hij is immers van de ene op de andere dag geen miljonair meer. Zijn antwoord is: ‘al het geld heb ik op de effectenbeurs ‘gewonnen’ en ben ik door deze crash kwijt geraakt, maar wie ik ten diepste ben, heeft daar niets mee te maken’. ‘Of ik nu in een duur huis woon of bij een vriend op de bank slaap, het tast mijn wezen niet aan’. Alle mensen die depressief werden haakten af, eigenlijk wilden zij van hun nare gevoelens, waar ze mee waren versmolten, af. Deze jongeman niet, hij bleef ongedeerd, zijn eigen essentie volgend. 

Het derde vergift is een vergif dat niet zo makkelijk aan te duiden is. Het is iets dat continu speelt, maar voor ons op de achtergrond van ons bewustzijn. Misschien is het daarom dat de dit vergift ook wel negeren of onwetendheid wordt genoemd. Het heeft alles te maken met dat we de wereld vanuit ons dagelijkse geest als vast en solide ervaren. We hebben geen contact meer met het feit dat alles aan continue verandering onderhevig is. Daarnaast zijn we gaan geloven dat jij en ik echt bestaan. In ieder van ons leeft een ‘ik’ gevoel en daar zijn we heel vertrouwd mee geraakt. Als laatste zijn we het contact met de onderlinge afhankelijkheid en verbinding kwijt geraakt. Vaak denken we dat we een losstaand wezen zijn dat zelfstandig is en dat geen rekening hoeft te houden met het grotere geheel. Misschien schrijf ik dit wat overdreven, en toch, kijk eens hoeveel mensen zich gedragen alsof ze alleen op de wereld zijn. Laten we eens wat langer bij dit vergift stil staan.

Alles is altijd in verandering

In ons dagelijkse leven hebben we vaak geen contact met de continue stroom aan verandering. Het is buiten beeld dat het huis waarin je woont aan slijtage onderhevig is, als er een beetje verf van het tafelblad af gaat, merk je het nauwelijks op, je schoenen die slijten, vogels die ouder worden en overlijden, bomen die in het voorjaar hun prille groene blaadjes tevoorschijn toveren, en in de herfst laten kleuren om ze uiteindelijk te laten vallen. 

Op een bepaalde manier zien we dat alles aan een continue stroom van verandering onderhevig is en op een bepaalde manier niet. Ik wil me bijvoorbeeld maar al te graag hechten aan mijn partner en als hij anders reageert dan ik had verwacht, kan ik verbaasd zijn. Maar ook mijn partner is aan verandering onderhevig. Wat dacht je van ons lichaam? Op het moment dat jij deze zin helemaal uit hebt uitgelezen zijn er in jouw lichaam al een paar cellen afgevoerd en vervangen door nieuwe lichaamscellen. Ook deze veranderingen zijn voor ons niet zo zichtbaar. Het gebeurt en we hebben er nauwelijks contact mee. 

Besta jij?

De theorie zegt dat negeren ook te maken heeft met het solidificeren van een subject en een object. Een ‘ik’ en een ‘jij’ bijvoorbeeld. Als je op zoek gaat naar jezelf, je kern, je ziel, je essentie, waar is die dan? Bestaat die eigenlijk wel? Intuïtief zul je onmiddellijk zeggen: ja natuurlijk. Maar als ik je vraag deze aan te wijzen, dan wordt het wellicht toch wat lastig. Zit je ziel in je hart of in je buik of juist in je hoofd? Waar kan ik mijn essentie vinden? Zit deze in een bepaalde cel van mijn lichaam? 

Als je hier heel lang bij stil staat kom je mogelijk tot de conclusie dat we onze kern of essentie niet aan kunnen wijzen. We hebben allemaal zeker een ‘ik’ gevoel. Maar is de ‘ik’ van nu dezelfde ik als vijf of tien jaar geleden? Waarschijnlijk heb je in de tussentijd nieuwe vriendschappen opgedaan, ben je misschien van baan veranderd, heb je een ander huis gekocht of is een dierbare van jouw overleden. Alles vormt ons, alles laat ons veranderen. 

Dit is voor boeddhisten een belangrijk thema. Zij staan hier heel lang bij stil, bijvoorbeeld in meditatie. Misschien is waarom boeddhisten zo lang in retraite gaan, vaak drie jaar achter elkaar, om over dit onderwerp een heel heldere visie te ontwikkelen. Voor ons is dit vreemd. Wij denken dat als we het één keer hebben gezien, we het wel weten. Ik heb veel respect voor de mannen en vrouwen die zo lang op dit thema willen reflecteren, juist omdat ik zie hoe gemakkelijk ik zelf toch weer in een ‘ik ‘ ga wonen in mijn dagelijkse doen en laten.Juist dit wonen in een ‘ik’ zien de boeddhisten als één van de oorzaken van lijden.

Alles is met alles verbonden

Een laatste zeer belangrijk inzicht dat te maken heeft met het thema negeren is; alles is met alles verbonden. In de huidige tijd gaan we dat misschien steeds meer zien. Er ontstaat ergens op de wereld een virus en binnen no time is dat virus de hele wereld over gevlogen. En als er in China bepaalde chips niet aangeleverd kunnen worden, dan loopt de productie van computers, auto’s en alle andere elektrische apparaten enorme vertraging op.

Maar ook op subtieler niveau is alles met alles verbonden. Je lichaam bestaat uit verschillende weefsels, botten, en cellen die allemaal samenwerken. Als er iets in deze samenwerking mis gaat, wordt je ziek. Je leest op dit moment deze handout. Dit kun je alleen doordat anderen jou hebben leren lezen. We ademen lucht in die door de bomen voorzien is van zuurstof. We eten voedsel waar zaden voor gezaaid zijn, waar de zon voor heeft gezorgd en de wind en de regen en waar mensen hebben geoogst. Zo zijn er nog talloze voorbeelden te noemen waaruit blijkt dat jij en ik geen losstaande wezens zijn, maar knooppunten van relatie.

Wanneer we helderheid krijgen over de wereld niet-vastheid van de wereld, het niet bestaan van een vast ‘ik’ en zien dat alles met alles verbonden is, zetten we een stap in de richting de wijsheid, compassie en oneindige liefde waar de boeddhistische leer zo vaak over spreekt.

Leegte

Als alles relatief, veranderlijk, afhankelijk van en in verbinding met al het andere is, kun je dan nog zeggen dat er iets of iemand is die werkelijk bestaat? Op deze vraag zijn vier mogelijke antwoorden die allemaal op hetzelfde moment opkomen, waar en niet waar zijn.

Ja.
Nee.

Ja en Nee.
Noch ja of nee.

Raak je hiervan in de war? Dat is niet erg. De boeddhisten zeggen dat op het moment dat je geest in de war raakt, er een mogelijke doorgang naar een breder perspectief mogelijk is. 

Onze dagelijkse geest is prima in staat om onze ervaringen te ordenen in: ‘ik’, ‘jij’, ‘van mij’, ‘van jou’, ‘zelf’, ‘ander’, ‘subject’, ‘object’, ‘plezierig’, ‘onplezierig’ enzovoorts. We zien auto’s computers, grijze haren, enzovoorts. We worden wel een boos of verdrietig. We zoeken geluk in relaties, chocolade en een comfortabel huis en doen ons best om onszelf te beschermen tegen pijn en ongemak. 

Het zou absurd zijn om dit alles te ontkennen. Op hetzelfde moment, als we iets beter kijken en wat onderzoek doen, kunnen we nergens zeggen: ja, dit of dat is permanent bestaand, onveranderlijk en losgezongen van het net van verbinding.

Nogmaals als we heel goed onderzoek doen en we zouden alles wat we onderzoeken tot op de millimeter nauwkeurig bekijken, dan kom je op een gegeven moment op iets wat kan lijken op een dood einde, je kunt het bestaan ervan niet pinpointen. Echter dit niet kunnen pinpointen is eerder het begin van een glimps van wat de boeddhisten noemen leegte.

Leegte is een moeilijke term, zelfs voor mensen die al jarenlang mediteren en zich uiteen zetten met de boeddhistische leer. Leegte is een ruwe vertaling van het Sanskrit woord Sunyata. Het Sanskrit woord sunya betekent ‘zero’. De Sanskrit toevoeging ta betekent niets in zichzelf. Als toevoeging aan het woord sunya, betekent het ‘open-oneindigheid’. Op het moment dat de boeddhisten spreken over leegte, bedoelen zij geen ‘zero’ maar eerder ‘zeroness’; niet iets op zichzelf bestaand, maar eerder een oneindig open ruimte dat aan al het andere de mogelijkheid geeft om op te komen, te veranderen, te verdwijnen en opnieuw op te komen.

Dit is zeer goed nieuws! Zonder deze open ruimte zou alles permanent, onveranderlijk en onafhankelijk zijn. Niets zou kunnen veranderen. We zouden totaal vast zitten. We zouden helemaal niet kunnen bewegen of ontwikkelen. Er zou helemaal geen relatie zijn tussen oorzaak en gevolg. Niets en niemand zou ons kunnen raken. We zouden niet verliefd worden of de liefde bedrijven. Ons hart zou niet geraakt worden.

Wat een geluk dat er leegte is; een open ruimte is waar alles in kan verschijnen, ontwikkelen en verdwijnen. Wat een geluk dat we dingen kunnen ervaren, zelfs al is niet te pinpointen. Zelf jij als degene die ervaart is niet te pinpointen. Zo blijft ervaren over.

Ik wil graag afsluiten met een quote van de derde Karmapa: There is nothing that can be described as existing or not existing.