Er is niets te doen, toch is er iets te doen.

Rusten in Zijn en precies daar blijven, maakt transformatie mogelijk

Vanuit het hoogste perspectief is er niets te doen. Vanuit de view, de verlichte blik, kun je zeggen dat alles altijd rust in Zijn en dat alle vormen een vorm van Zijn zijn. Zijn komt niet in beweging en vanuit de view is er nog nooit iets in beweging gekomen. Zijn rust in zichzelf als zichzelf. Dit is de grond van wie jij bent. Dit is het startpunt van het verlichtingswerk. De boeddhisten noemen deze grond dharmakaya. Woorden die wij hiervoor gebruiken zijn: de grond van jouw geest of bewustzijn, openheid, essentie.

Nu zou het een vergissing zijn als jij en ik zouden zeggen dat wij ook letterlijk niets hoeven doen. Vanuit de hoogste view zou dat waar zijn. Als we daar permanent zouden rusten, dan zouden we niets hoeven doen en nu verlicht zijn. Echter, jij en ik zijn niet verlicht en om die reden is er wel iets ‘te doen’.

Wat is er dan te doen? Vraag je je misschien af. Wat jij en ik te doen hebben is onze blik naar Spirit en Zijn richten, optiekverhoging. Je zou dit kunnen vergelijken met het aanleren van een nieuwe gewoonte. In het dagelijkse leven is onze geest, aandacht, bewustzijn, regelmatig afgeleid. We gaan mee in allerlei verhalen die we onszelf vertellen, we denken aan het verleden of we zwijmelen over de toekomst. Meestal beweegt onze geest zich tussen hoop en vrees. Hoop dat de toekomst beter zal zijn, vrees dat dat mogelijkerwijs niet zo is. Al deze bewegingen zijn bewegingen van de geest die wil overleven. In Zijnsoriëntatie noemen we dit de lage optiek of de overlevingsdrang van ons dagelijkse zelf. Deze optiek in zichzelf is liefdevol: zoals je leest heeft hij jouw overleving op het oog. Echter, de Boeddha zag dat deze lage optiek, lijden veroorzaakt. Zolang onze geest heen en weer geslingerd wordt tussen hoop en vrees, is er lijden. Gelukkig heeft de Boeddha ook een uitweg uit dit lijden aangegeven.

De uitweg uit het lijden, is wat we kunnen oefenen door te mediteren. Dit is het doen, binnen het niet doen. We kunnen oefenen om een breuk te maken met deze overlevingsgerichte wijze van Zijn en te leren om onze optiek te verhogen naar Spirit en Zijn. Zo maken we onze dagelijkse geest, ook wel psyche genoemd, dienaar van Spirit en Zijn.

Hoe beoefen je dit?

Het boeddhisme geeft ons een soort stappenplan dat bestaat uit drie stappen, om lijden te verminderen en te leren rusten in Zijn. Deze stappen heten: view, meditation en action. Stap 1 heet: view. In deze fase oefen je om je optiek zo hoog mogelijk te brengen. Je laat je dagelijkse geest aan zichzelf en laat je geest rusten in Zijn.

Stap 2 wordt meditatie genoemd. Je hebt je optiek naar het niveau van Zijn gebracht en nu oefen je om je geest daar zo lang mogelijk te laten rusten. Een is het continueren van de view, wat meditatie feitelijk is. 

Stap 3 heet action. Dit is de fase waarin je oefent om datgene wat je je in stap 1 en 2 eigen hebt gemaakt, te continueren tijdens het dagelijkse leven. Op deze manier kan verlichting belichaamd worden.

Kort samengevat

Hans Knibbe zegt wel eens dat we onze te rijk zouden rekenen als we denken dat omdat alles altijd al rust in Zijn, er niets te doen valt. Het klopt alles rust altijd al in Zijn, in die zin is er niets te doen. Maar noch jouw geest, noch mijn geest, rust voortdurend in Zijn en om die reden hebben we wel iets te doen. Vanuit onze dagelijkse doe-modus zijn we strategisch op zoek naar het behalen van geluk en proberen we ongeluk te vermijden. Dit patroon is een oeroud patroon, dat we niet af hoeven wijzen, maar waar we wel van moeten beseffen dat we er niet gelukkig van worden. We worden pas gelukkig op het moment dat we oefenen om onze optiek te verhogen. We brengen onze optiek van een lage overlevingsgerichte optiek, naar een hogere optiek, Spirit en Zijn. Dit doen we door middel van meditatie. Het bijzondere is dat in het bewegingsloze Zijn alles kan bewegen en dus kan transformeren.

Na de meditatie oefenen we om onze optiek zo hoog mogelijk te houden in het dagelijkse leven. We gaan als het ware de ladder af en belichamen Spirit en Zijn in het leven van alledag. Dit maakt dat we onze stralende, liefdevolle en gevende aard vorm geven in het samenspel met allen die ons dierbaar zijn, onze familie, collega’s, vrienden en mensen die we spontaan ontmoeten.